Het is koud, stil en donker in de kloosterkerk. Niet gewoon stil, maar oorverdovend stil. In deze duisternis branden er kaarsjes, deze geven voorzichtig licht in de duisternis.
De mensen die de kaarsjes hebben aangestoken zijn stil, bidden of zijn in gedachten bij degene die ze missen en waar ze zojuist een kaarsje voor hebben aangestoken.
In november is er in verschillende kerkelijke tradities aandacht voor de mensen die zijn overleden en die we hebben moeten loslaten. Denk bijvoorbeeld aan Allerheiligen, Allerzielen en Eeuwigheidszondag. Een tijd van herdenken, reflectie en rouwen.
Vroeg of laat krijgen wij er allemaal mee te maken: het loslaten en afscheid nemen van je dierbaren. Het omgaan met verlies en de rouwverwerking daarover is voor iedereen anders. Er is niet een specifieke, juiste manier van rouwen. Jij mag je eigen weg hierin zoeken en volgen. Er is geen sprake van goed of fout. Het gaat erom wat is passend voor jou.
Het verliezen van iemand roept verschillende gevoelens en emoties op. Een heel herkenbare is verdriet. Van nature willen wij als mens emoties die wij als pijnlijk en ongewenst ervaren vermijden. Wat er niet is, is er niet.
Het bijzondere en uitdagende aan emoties is dat ze van nature bedoeld zijn om ons te helpen. Een emotie vraagt om een reactie of een beweging. Het wil gezien en gehoord worden door je. Wanneer je emoties blijft vermijden en je deze niet uit, kan de energie niet weg. Het blijft als het ware opgeslagen in je lichaam. Deze stappelen zich in de loop van de tijd op. Het vraagt steeds meer van je om deze emoties onder controle te houden. Soms loopt de emmer over en ervaar je een uitbarsting aan emoties. Hier kijk je zelf van op, het overkomt je en je had dit niet gewild.
Stel dat de emotie verdriet ons ergens mee wil helpen, wat zou dat dan kunnen zijn? Wat kan mij dat opleveren?
Loslaten kan door waardig afscheid te nemen van wat voorbij gaat. Een plek van empathie en verwerking draagt bij aan het waardig afscheid nemen.
Op een veilige plek waar je emoties kunt uiten, word je gezien door de ander. Je bent dan niet alleen met je verdriet. Er is iemand bij je. Stap voor stap merk je dat het verdriet anders wordt. Het verdriet om de lege plek blijft. Er komt iets naast, er komt ruimte voor nieuwe dingen die je vreugde geven. Als je hiernaar opzoek bent, dan wil ik je die veilige plek geven. Samen zoeken we jouw weg in je landschap van rouw en verdriet.
De kaarsjes branden en verlichten de koude donkere kloosterkerk. We voelen ons verdriet en we missen onze geliefden. Maar we warmen ons hart aan de warmte van het licht. Naast het verdriet koesteren we de herinneringen en leeft onze geliefde voort in ons hart. Met de hoop in onze rug lopen we naar buiten en vervolgen onze eigen unieke levensweg.